Het totale vermogen van de Belgen is vandaag groter dan ooit tevoren. De doorsnee Belg heeft 25.000 euro aan spaargeld in contanten. In de afgelopen jaren werd dat geld steeds vaker op een termijnrekening geplaatst. Maar is dat echt slim? Welke voordelen en nadelen zijn er? Welke alternatieve methoden zijn er om meer uit je spaargeld te halen?

Hoe rijk de Belg is? Rijker dan ooit, zo blijkt uit de jaarlijkse studie van de UGent en Keytrade Bank. Het vermogen van een doorsnee landgenoot bedraagt 277.231 euro. Zo’n 9 procent van zijn geld bestaat uit cash op een zicht- of spaarrekening, ofwel grosso modo 25.000 euro voor een doorsnee Belg.
Termijnrekening
Veel van ons spaargeld wordt versluisd naar termijnrekeningen: alle Belgen samen waren eind vorig jaar goed voor méér dan een miljoen termijnrekeningen, ofwel maal drie in twee jaar tijd. En dat is een record.
De termijnrekening dankt zijn populariteit aan het effect van de staatsbon. Om concurrentieel te zijn met de staatsbon, brachten banken termijnrekeningen op de markt die netto hetzelfde rendement opbrachten.
Een termijnrekening heeft als grote voordeel dat je voor de volledige termijn zeker bent van je rendement. Bij een spaarrekening is dat niet zo, want de basisrente kan op elk moment wijzigen. En de voorbije maanden hebben we al rentedalingen op spaarboekjes gezien.
Maar het nadeel aan de termijnrekening is dan weer de roerende voorheffing van 30 procent. Als je 25.000 euro op een spaarrekening zet, zal je dan weer niets aan belastingen op je rente betalen. Dan blijf je onder het plafond van de fiscale vrijstelling. De kans is reëel dat je, na verrekening van de fiscaliteit, netto niet meer rente zal behalen met een termijnrekening dan via een spaarrekening met een hoge getrouwheidspremie.
Investeren in aandelen
Er zijn echter veel interessantere investeringsmogelijkheden dan een termijn- of spaarrekening.
Alles start met de vraag: ‘Wie ben ik en wat zijn mijn doelstellingen?’. Als we ervan uitgaan dat mensen een onbeperkte horizon hebben, en hun geld niet meteen nodig hebben, komen we sowieso uit bij aandelen. Dat is dé categorie om aan koopkracht te winnen. Zet eerst een reserve opzij voor onverwachte uitgaven, de rest beleg je op de beurs.
Als je geld rechtstreeks van een spaarboekje komt, en je hebt niet veel kaas gegeten van de beurs, maak het jezelf dan niet te moeilijk. De logische eerste stap als belegger is een beursgenoteerde investeringsmaatschappij, een holding. Zo spreid je meteen je geld over verschillende niet-beursgenoteerde bedrijven waarin die holdings investeren. Uit eigen land zijn Ackermans & van Haaren (227,40 euro per aandeel bij dit schrijven, red.), Sofina (256,20 euro), Brederode (116,60 euro ) en Gimv (43,50 euro) de vier meest voor de hand liggende voorbeelden.”
Een aantal van die holdings keert een dividend uit, dat al meteen hoger is dan het rendement op een spaarboekje of termijnrekening. Zo zorg je voor een terugkerend inkomen. Enkel wat dat betreft zijn ze al beter. Daarnaast is er het potentieel van de stijgende koers. Je hoeft je er verder niets van aan te trekken, want het beheer rust bij het bedrijf zelf. Zij doen dat voor jou, ook met hun eigen middelen.
Naast de Belgische holdings, zijn er ook in het buitenland enkele interessante spelers. Zo zijn het Zweedse Investor AB en het Duitse MBB hele mooie voorbeelden. Het leuke aan beide is dat het familieholdings zijn. Er zitten hele rijke families achter, die het bedrijf al generaties lang leiden. Hun belangen liggen dus in dezelfde lijn als die van jou. Ze blijven waarde creëren over decennia heen. De koers van Investor AB bijvoorbeeld, is de afgelopen 100 jaar met gemiddeld 12 procent per jaar gestegen. Een pak beter dan de markt dus.”
Investeren in ETF’s
Ook ETF’s zijn vandaag heel populair om passief mee te beleggen, maar daarmee ben je wel vaak minder gediversifieerd dan je denkt. Met een ETF die de S&P 500 volgt, zit 35 procent al in de top tien grootste bedrijven. Holdings zijn in principe dus interessanter.
Maar wat wél een goed idee is, gelet op de populariteit van ETF’s, zijn de bedrijven die geld verdienen met het uitgeven ervan. Denk aan BlackRock en MSCI. Met almaar meer klanten die geld in ETF’s storten, en een stijgende beurs over de lange termijn, is het mathematisch zeker dat zo’n vermogensbeheerders het uiteindelijk veel beter doen dan de markt. Door dus te profiteren van de vele passieve beleggers.
Investeren in obligaties
Het is anno 2025 geen goed moment om je geld te investeren in obligaties. Obligaties geven je op lange termijn een lager rendement dan aandelen. Als je op de top van de rente zit, is dat een ander verhaal. Op dat moment leg je een hoog rendement vast, voor een langere periode. En als de rente zakt, kun je je obligatie eventueel met een meerwaarde verkopen. Maar die situatie zagen we twee jaar geleden, vandaag niet. Dus vandaag is het beter om je geld in andere producten te beleggen.
Investeren in vastgoed
Als je al een eigen woning bezit, is het geen goed idee om je geld nog eens in vastgoed te investeren. Want dan zit al je vermogen in één activa klasse. Dat is potentieel zelfs gevaarlijk want vastgoed stijgt niet altijd in waarde.
Wil je dan toch per se naar vastgoed gaan, is het misschien beter om voor beursgenoteerde gereglementeerde vastgoedvennootschappen (gvv’s) te kiezen. Denk maar aan de bedrijven Aedifica (64 euro) en Cofinimmo (78,10 euro) – die momenteel in een deal verwikkeld zitten – en Montea (64,40 euro).”
Investeren in goud
Goud is altijd al een veilige haven geweest, die minstens de inflatie volgt waardoor je nooit je koopkracht verliest. Maar de koers van goud staat vandaag zeer hoog. Zoals dat eigenlijk bij alles geldt op de markt: koop iets wanneer het niet gegeerd is. Anno 2025 is het dan ook niet opportuun om nu je geld te investeren in goud.
Als je op een dag goud wil toevoegen, koop dan effectief fysiek goud. In de praktijk kan dat via een provider, die dat in een kluis bewaart tegen een fee. Als je via een ETF in goud wil beleggen, kies dan ook voor een ETF die effectief fysiek het goud koopt. Zo is er de iShares Physical Gold ETC (IE00B4ND3602). De jaarlijkse kosten zijn er heel laag, amper 0,12 procent. Maar deze ETF noteert wel in dollar en is onderhevig aan wisselkoersschommelingen. Dat is niet het geval bij de Xtrackers Physical Gold EUR Hedged ETC (DE000A1EK0G3). Maar daar liggen de kosten wel hoger: 0,59 procent per jaar.
En investeer ook nooit meer dan 5 tot 10% van je portefeuille in goud.